Train de trainer community mapping

Samenlevingsopbouw nieuwe stijl

Uiteindelijk is iedereen samenlevingsopbouwwerker. Maar juist voor het opbouwwerk is bij de kennisdeling binnen de wijkteams tot nu toe nog nauwelijks aandacht geweest. De specialisten in onder meer jeugdhulp, schuldhulpverlening en geestelijke gezondheidszorg hebben hun kennis aangeboden aan de opbouwwerkers in de wijkteams. Zij willen op hun beurt delen wat zij vanuit hun vakgebied aan kennis en ervaring kunnen inbrengen.

De ‘opbouwwerkers’ in Leeuwarden ontwikkelen daarom een leerlijn samenlevingsopbouw, waarmee ze collega’s met een andere achtergrond handvatten kunnen aanreiken. Een eerste stap daarin is een training community mapping, omdat dat een mooi en concreet voorbeeld is. Het is een methode om met burgers in gesprek te gaan om samen de kansen voor collectief en informeel werken in kaart te brengen.

Toekomstbestendig. Het beter benutten van de kracht van bewoners en wijken als geheel is volgens Jaap Ikink de enige manier om welzijn in de toekomst op peil te houden. Nu al ervaren de wijkteams een enorme werkdruk. Met het toenemen van de vergrijzing zal die alleen maar toenemen. “De wijkteams dienen echt na te gaan denken over wat anders georganiseerd kan worden, zodat ze dat niet meer zelf hoeven te doen.”

Verminderen werkdruk wijkteams


Dat kunnen ze leren van opbouwwerkers. Specialisten uit de zorg zijn gewend te focussen op de problemen, opbouwwerkers kijken naar wat er in een wijk al is aan oplossingen. Community mapping kan ook anderen laten zien hoe je dat doet. Samen met Amaryllis zet NHL Hoogeschool hiervoor een aantal pilots op. “Wij volgen het proces en we brengen de kritische succes- en faalfactoren in kaart, waarmee we een train de trainerprogramma kunnen opzetten”, vertelt Ikink. Tegelijkertijd doen de pilot-wijken ervaring op met de methode.

Eerste klap. Een van de welzijnswerkers die daarbij vanuit Amaryllis is betrokken, is Jos van Oostrum. Hij is gevraagd om mee te doen met de pilots in Heechterp-Schieringen en Cammingaburen, die in september zijn gestart. “Vanuit de werkplaats kregen we de theorie aangeboden. We zijn nu in de fase waarin we onderzoeken hoe we die in de praktijk kunnen toepassen. Hoe maak je een community map concreet? En wat doe je bijvoorbeeld als bewoners negatief doen? Ik vind het belangrijk om goed door te vragen, om ervoor te zorgen dat we de methode goed kunnen invoeren.”

Nieuwsgierig. Alle betrokken professionals zijn volgens Van Oostrum erg enthousiast over de methode. “Er is echt draagkracht om ermee bezig te gaan.” Zelf is hij vooral nieuwsgierig naar het resultaat van de kaarten. “Het interessante van deze methode vind ik dat je verbindingen kunt ontdekken die je aan de buitenkant niet ziet. Je weet niet wat er achter de voordeur gebeurt. Misschien komen we er wel achter dat er in een bepaalde straat al een netwerkje is dat de oudere buurvrouw ondersteunt.”

Met community mapping buigen bewoners zich letterlijk samen over de kaart van een wijk om informele netwerken in te kleuren en te ontdekken waar mogelijkheden liggen om ze te ontwikkelen.

Eerder dit jaar nodigde gemeente Leeuwarden NHL Hogeschool uit om samen met wijk- en dorpsorganisaties community maps op te stellen; als kennismaking met de methode. “Dat leverde supermooie voorbeelden op van structuren voor zorg en aandacht”, aldus Jaap Ikink, “bijvoorbeeld van een hondenlosloopveldje waar hondeneigenaren elkaar dagelijks tegenkomen. Zulke contacten kunnen de basis vormen voor informele ondersteuning en zorg voor elkaar”

Delen: